4. Uitslagen en koemelkallergie
Terwijl wij thuis waren, kwamen er langzaamaan ook steeds
meer uitslagen van onderzoeken binnendruppelen op de online omgeving van het
UMCG. Uit geen enkel onderzoek kwam iets naar voren dat Jolijns klachten kon
verklaren. Ergens voelde dat heel logisch, want we zagen dat Jolijn vooruitging
en dat ze zich langzaam steeds meer kon ontspannen. Het enige dat echt vragen
opriep waren het verhoogde alanine en lactaat. Hier moest een reden voor zijn,
maar het was onbekend wat dat was. We begonnen zelf steeds meer vertrouwen te
krijgen, ook omdat we meer contact met Jolijn kregen. Dit ging ineens mis eind
juli. Vanaf dat moment begon Jolijn namelijk flessen te weigeren. Ik had al wat
zorgen omdat haar groei al 3 weken stilstond en het voeden altijd al wel wat
lastig was. Nu kregen we er echter helemaal niks meer in. Als we ook maar in de
buurt kwamen met de fles, begon ze al heel hard te huilen en binnen een paar
dagen weigerde ze echt alles. Gelukkig dronk ze nog wel uit de borst, dus op
die manier konden we in ieder geval zorgen dat ze iets binnenkreeg. Maar ik
wist al dat dit te weinig was voor wat ze nodig had. Ik had al contact
opgenomen met de kinderarts, maar vanwege vakantie zou die pas na het weekend
reageren. Daar konden we uiteindelijk niet meer op wachten. Jolijn had steeds
minder plasluiers en ik begon me oprecht zorgen te maken. We hebben toen de
huisartsenpost gebeld en konden gelukkig die avond nog komen. Vanwege haar
geschiedenis werden we doorgestuurd en toen we ons vermoeden van koemelkallergie
noemden, kregen we vrij snel een pot Pepti mee om te proberen. Het hielp ook
wel mee dat Jolijn bij de kinderarts nog even liet zien waarom we er waren.
Naast het weigeren van de flessen, kreeg ze elke keer ook enorm veel krampen
achteraf. We konden haar dan moeilijk troosten. Dit kreeg ze ook toen we bij de
kinderarts waren. Eenmaal thuis zijn we meteen begonnen met de Pepti en we
zagen eigenlijk direct al verschil. Dat was heel fijn, maar vond ik ook erg
lastig, omdat dit betekende dat ik zou moeten stoppen met de borstvoeding. Ik
had al bijna 3 maanden gekolfd en was zo hard met haar aan de slag gegaan om de
borstvoeding te laten lukken, dat het nu heel rot voelde dat het ineens over
was. Ik heb nog even doorgekolfd tot in de vakantie om te kijken of we
eventueel nog Pepti met moedermelk konden mengen, maar toen we dat deden, zagen
we meteen een heftige reactie. Toen heb ik besloten te stoppen. Een beslissing
die ik erg lastig vond, maar wel beter was voor Jolijn. Met de Pepti begon ze
namelijk ook weer te groeien en kregen we nog meer heldere en fijne momenten
voor haar. De moedermelk die Jolijn niet meer dronk heb ik kunnen doneren aan
een vriendin en hebben we 2 keer gebruikt voor een badje.